maandag 17 maart 2014

Kama kama chameleon

Zes maanden in een ander land leven is op zich niet zo lang, maar toch bijna 2% van ons leven. Op het eerste zicht lijkt het hier niet zo verschillend van België. Israël is vrij westers en het heeft zelfs wat weg van Europa: koffiehuisjes, winkels en ketens, cinema’s, gezellige restaurants, goede ziekenhuizen en alles wat je hier nog mee kan associëren. Natuurlijk zijn er dingen die verraden dat je in het Midden-Oosten zit zoals het klimaat, het typische eten en de rol van godsdienst. Maar als je verder inzoomt op deze samenleving, is ze helemaal niet te vergelijken met die van ons. Mensen zijn heel direct en egoïstisch. En niet zoals Nederlanders direct zijn, want die zijn vaak direct en beleefd. Ze hechten, meer dan anderen, enorm veel belang aan hun geld. Desondanks, als je één keer door deze harde bolster bent geraakt, kunnen ze wel respectvol en vriendelijk zijn. Maar dat moet je eerst “verdienen” door jezelf zo op te stellen dat je zeker niet met je voeten laat spelen. Misschien is dit allemaal te verklaren door hun rijke geschiedenis en het harde leven dat sommigen onder hen hebben geleid. Bovendien zal een zware opleiding in het leger, 2 jaar voor meisjes en 3 jaar voor jongens vanaf de leeftijd van 18 jaar ook wel zorgen voor dit soort hardvochtig gedrag. Iedereen heeft hier wel iemand verloren door een landmijn, aanslag of oorlog.

Zijn wij ondertussen aangepast? We doen alle dingen die de mensen van hier ook doen: Ik werk bij een Israëlisch gezin, ga naar de plaatselijke markt, eet de lokale gerechten (met veel kip, groenten en fruit), ga naar de cinema en Gert-Jan gaat zelfs naar de voetbal om mee te supporteren met de fans van Maccabi Haifa. We luisteren graag naar muziek van hier en hebben zelfs Hebreeuwse les gevolgd. We hebben het hele land rondgereisd en alle belangrijke plaatsen gezien. We hebben kennisgemaakt met de slechte huisvesting die niet voorzien is op koude, ruzie gemaakt met een Israëlische om geld waarvoor ze ons naar de rechtbank wou slepen. We zijn meermaals uitgescholden geweest in het verkeer omdat we door het groen licht de straat overstaken (jaja, geen typfout). Ik durf zeggen dat we ons redelijk goed hebben ingewerkt in deze maatschappij. Maar toch heb ik het gevoel dat ik hier nooit ga thuishoren. We zaten laatst in een koffiezaakje en bestelden ons tweede drankje. De serveerster wilde de glazen van het eerste drankje meenemen, maar kon er niet bij. Dus hielpen we haar door de glazen aan te reiken. Wat zei ze? : Never help your waitress. Als we ons volledig zouden willen aanpassen, moeten we dus stoppen met zo dingen te doen want niemand doet dat hier. Maar willen we dat wel? Dan verandert toch ook je persoonlijkheid, je karakter. Dan moet je je eigen opvoeding en verleden uitwissen. Dat lijkt me niet zo eenvoudig. Misschien omdat het contrast met onze eigen waarden en normen zo groot is. Soms vragen we ons af of ze die wel hebben. Daarom kan ik misschien besluiten: we zijn niet aangepast, maar zijn het leven in Israël wel al gewoon geworden. En zo kan een Grieks-Duits mengbloedje zich toch heel erg thuis voelen in België :-).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten